
Column André Klompmaker: Onmogelijke liefde
14 maart 2023 om 14:12 ColumnMisschien een wat vreemde aanhef. U denkt misschien dat mijn vrouw een miljonair aan de haak heeft geslagen of dat ik er met een mooie jonge blondine van door ben. Ach, het gras bij de buren is niet altijd groener. Zeker in ons geval niet, want we hebben kunstgras.
Zit er iets geestelijks dan in deze aanhef? Zou goed kunnen. In het geloof gaat het ook over die onmogelijke liefde maar dat bedoel ik dit keer ook niet. Het gaat over schaatsen. Kenners hebben me altijd afgeraden om te gaan schaatsen. Mijn kniehoeken waren niet goed, ik zette niet goed af, ik had x-benen en ook nog een kromme rug. Ik werd daar niet boos om, want ze hadden én hebben gelijk. Door het skeeleren werden sommige mankementen wel wat verbeterd maar een schaatser zou ik nooit worden. Maar door eigenwijs te zijn kwam ik wat later toch in het A-peloton terecht. Wat een ervaring. Zat ik in de kleedkamer naast Piet Kleine, Arnold Stam en Hans Pieterse. ‘De Dolle’ was net terug gegaan naar het veteranen peloton, maar nog ruim voldoende kleppers om me heen. Hier had ik altijd van gedroomd. Schaatsen is de sport waar ik verliefd op ben. En net als in de liefde kriebelt het dan als je elkaar weer ontmoet. Ach, een topper ben ik nooit geworden.
Met skeeleren was ik gewend om aan te vallen, te demarreren en te versnellen. Soms ettelijke keren achter elkaar. Heel vaak leverde dat niets op maar ik genoot er zo van. Als anderen het moeilijk hebben er dan nog een schepje boven op te doen. Ik wilde dit ook zo graag in het schaatsen, maar daar is niet veel van terecht gekomen. We reden onze rondjes op kunstijs, maar natuurijs vond ik het allermooist. Maar dat was de onmogelijke liefde. Ik was en ben nog steeds geen goede natuurijs-rijder. Ik ben een kunstijs-product.
Ik zat eens voor de wedstrijd in de kleedkamer naast Henri Ruitenberg. Hij zat bij de grote Wehkamp ploeg en we hadden een wedstrijd over 150 ronden in Eindhoven. Ik vond dat altijd zo`n troosteloos baantje en kon me moeilijk motiveren. Henri dacht er hetzelfde over. Bij de inschrijving hoorden we dat er een extra prijs van 300 euro was voor degene die als eerste een ronde voorsprong pakte. Henri had een goed idee. Hij zou de eerste ronden rustig op kop gaan rijden en dan moest ik gelijk demarreren en een rondje pakken. Het geldbedrag zouden we delen. Ik voelde er wel wat voor dus toen het startschot klonk ging ik er gelijk van door. Na 2 ronden had ik 200 meter voorsprong. Na 4 ronden had ik 300 meter voorsprong maar toen sloeg het peloton op hol. Na 6 ronden was ik teruggepakt. Ik was helemaal kapot en moest toen nog 144 ronden, dat is 288 bochten. Wat een martel gang. Als ik er aan terug denk hoor ik nog de lachsalvo van Henri na afloop. Het was een onmogelijke opgave. Maar onmogelijke liefdes zijn soms het mooiste. Ik verlang al weer naar de winter van 2023-2024.